Wasknijperspel - Groepjes maken (divers)

Leeftijdsgroep 10-14 jarigen
| 14-17 jarigen
| 7-10 jarigen
Aard van het spel rustig
Grootte van de groep in teams
Duur van het spel 5 minuten
Locatie binnen / zaal
Soort spel groepjes maken
Nodig wasknijpers in diverse kleuren
Opstelling vrije opstelling
Spelverloop Als spelleider verstop je in de ruimte gekleurde wasknijpers. Je hebt zoveel verschillende kleuren als dat je groepjes nodig hebt. En het aantal van een bepaalde kleur is afgestemd op het aantal spelers dat in een groepje mag zitten. Op het startsein krijgen de spelers te horen dat ze één wasknijper mogen zoeken. Als ze eentje gevonden hebben komen ze terug naar het startpunt. De spelers zoeken hun kleur- en groepsgenoten.
Kabouterhuisje

Leeftijdsgroep 4-7 jarigen
Aard van het spel matig
Grootte van de groep 1 tot 10
| 10 tot 20
| 20 en meer
| als een groep
Waarden goed voor de natuur
| respect
| samenwerken
Duur van het spel 30-60 minuten
Locatie bos
Soort spel 2 bosspelen
| knutselen
Nodig
een dikke boom, verschillende voorwerpen uit de natuur
Opstelling met een groep
Spelverloop
Wandelend met kinderen in het bos, vraagt de spelleiding om uit te kijken naar een grote boom met een holte tussen de wortels. Als een dergelijke boom gevonden is, gaan de kinderen allerlei voorwerpen uit het bos verzamelen, waarvan in en voor de wortelholte, een kabouterhuisje gemaakt kan worden. Met stenen, takjes, mos, bladeren, boomschors en dennenappels gaan de kinderen aan de slag om een tuintje vóór de boom en een paadje naar het huisje aan te leggen. Verder kan bijvoorbeeld een wand van boomschors, een bedje van een takje en mos en bladeren gemaakt worden. En misschien kan de dennenappel, waarin kleine takjes gestoken worden, als een soort vaas dienst doen. Van boomschors kunnen verder ook een stoeltje en tafel geknutseld worden. Laat de kinderen hun fantasie gebruiken en speel hier op in door te vertellen dat de kabouters 's nachts wel zullen opkijken als ze bij dit gezellige huisje aankomen. Leuk misschien om naderhand nog eens bij het kabouterhuisje te gaan kijken. Wat zullen de kinderen opkijken als ze een rode puntmuts aantreffen.
Fluitersspel

Leeftijdsgroep 10-14 jarigen
Aard van het spel actief
Grootte van de groep 1 tot 10
| 10 tot 20
| 20 en meer
| tweetallen
Duur van het spel 10-30 minuten
| 30-60 minuten
Locatie bos
Thema Zomerkamp
Soort spel 2 bosspelen
| zoekspel
Nodig
fluiten, speelkaarten
Opstelling
met duo's
Spelverloop
In het bos verschuilen zich drie spelleiders met elk een fluit. De spelers blijven nog even op de startplaats en verdelen zich in tweetallen. Ze gaan met z`n tweeën op zoek naar de leiders. Wanneer ze een spelleider vinden krijgen ze een speelkaart. Bij de één is dat met de afbeelding van een aas, bij de andere met een heer en de derde met een boer. Welk tweetal is als eerste op de startplaats met drie verschillende speelkaarten? De leiders met hun fluit mogen zich voortdurend in het bosgebied verplaatsen, zodat het zoeken niet al te gemakkelijk is.
Blind - tikkertje

Leeftijdsgroep 14-17 jarigen
| 7-10 jarigen
Aard van het spel rustig
| uitdagend
Grootte van de groep 1 tot 10
| 10 tot 20
| 20 en meer
Waarden vertrouwen
Duur van het spel 10-30 minuten
Locatie binnen / zaal
Soort spel tikspel
Nodig geen materialen
Opstelling vrije opstelling
Spelverloop Bij een tikspel gaat het er in de basis om dat één speler de andere spelers zo snel mogelijk af probeert te tikken. Of dat één speler zo veel mogelijk spelers probeert af te tikken binnen een (van te voren) bepaalde tijd.
Iedereen speelt dit spel geblinddoekt of met de ogen dicht.
Er is één tikker en één vanger. De tikker is er om de loslopende spelers op te sporen en ze te af te tikken. Is een speler getikt? Dan mag deze speler stokstijf stil gaan staan en een geluid maken, zodat de vanger de speler kan vinden. Als de vanger iemand heeft opgespoord, moeten ze naar een van te voren afgesproken plek aan de zijkant van of buiten het speelveld.
Eekhoorn nijlpaard

Leeftijdsgroep 10-14 jarigen
| 14-17 jarigen
| leiding
Aard van het spel matig
Grootte van de groep 1 tot 10
| 10 tot 20
| 20 en meer
| als een groep
Duur van het spel 10-30 minuten
| 30-60 minuten
Locatie bos
Thema Zomerkamp
Soort spel 2 avondspel
Nodig
geen materialen
Opstelling in een kring
Spelverloop
Iedereen zit in een kring om het kampvuur. De eerste speler noemt een dier bijvoorbeeld "eekhoorn". De volgende speler moet nu een dier noemen dat begint met de laatste letter van het vorige dier, in dit geval de "N", bijvoorbeeld nijlpaard. En zo gaat het door tot dat er geen dieren meer genoemd kunnen worden, of de spelleider het spel stopt.
Variant
Er kunnen ook andere onderwerpen gebruikt worden naast dieren, zoals landen, auto's of eten.
Schotsbalspel

Leeftijdsgroep 10-14 jarigen
| 14-17 jarigen
| 7-10 jarigen
Aard van het spel actief
| grappig
| uitdagend
Grootte van de groep 1 tot 10
| 10 tot 20
| 20 en meer
| in teams
Waarden complimenten
| respect
| samenwerken
| veiligheid
| vertrouwen
Duur van het spel 10-30 minuten
Locatie binnen / zaal
| grasveld / sportveld
Soort spel balspel
Nodig
pilonnen, bal
Opstelling
trefbal opstelling
Spelverloop
De groep wordt verdeeld in twee teams. Een werppartij en een veldpartij. De werppartij staat achter de werplijn, op nummer naast elkaar opgesteld. Aan beide kanten op het uiteinde staat een pion.
De veldpartij staat verspreid opgesteld in het veld. Het veld heeft alleen in de breedte een begrenzing. Op ca. 5 meter van de werplijn, wordt een tiplijn getrokken ca. 12,5 meter lang en aan beide kanten begrensd met een pion.
Op teken gooi nummer één van de werppartij de bal in het veld en gaat daarna zo snel mogelijk om zijn eigen partij heen lopen, buiten de pion om. De rondje die hij aflegt worden geteld.
De veldpartij probeert de geworpen bal zo snel mogelijk te vangen. De speler die de bal vangt blijft met de bal op die plaats staan. Alle andere spelers van de veldpartij gaan zo snel mogelijk in een rij achter de vanger staan. Deze geeft de bal over het hoofd naar achter, tot de laatste speler de bal krijgt.
Dan roept hij een van tevoren afgesproken 'yell' om te stoppen. Het aantal gelopen rondjes geeft het aantal punten aan.
Als alle spelers van de werppartij geweest zijn, worden de teams omgewisseld en de punten opgeteld.
Tip! Om tijdens het spel een duidelijke onderscheiding van partijen te hebben , gebruik je bijvoorbeeld partijlinten. Maar als je nu geen partijlinten hebt, hebben we de volgende oplossingen:
- probeer zo veel mogelijk naar kleur van de kleren de partijen in te delen;
- maak zelf hesjes, die je ook voor andere activiteiten kunt gebruiken.
Rammelesjang

Leeftijdsgroep 4-7 jarigen
| 7-10 jarigen
Aard van het spel rustig
Grootte van de groep 1 tot 10
| 10 tot 20
| 20 en meer
Duur van het spel 10-30 minuten
| 30-60 minuten
Locatie binnen / zaal
Thema Carnaval
Soort spel 2 knutselen
Nodig
stokken, gekleurde tape, schroefoog, belletjes, linten, crêpepapier, schaar
Opstelling
aan tafels
Spelverloop
Elk kind gaat een rammelesjang maken. Je kent die dingen wel. De materialen zijn vooraf op een tafel overzichtelijk bij elkaar gelegd. Zorg dat ieder kind een ronde stok heeft. Stok kan met gekleurde tape beplakt worden, dat is handiger dan deze te schilderen. Draai aan een einde van de stok en schroefoog. Daar kunnen dan allerlei spullen aangehangen worden zoals linten, belletjes en crêpepapier. Elk kind maakt zijn eigen stijl Rammelesjang. Leuk om te gebruiken met carnaval!
Wat hoort bij elkaar?

Leeftijdsgroep 10-14 jarigen
| 7-10 jarigen
Aard van het spel matig
Grootte van de groep 10 tot 20
| 20 en meer
Waarden samenwerken
Duur van het spel 30-60 minuten
Locatie binnen / zaal
Soort spel 2 zoekspel
Nodig
voorwerpen die bij elkaar horen
Opstelling
met twee groepen
Spelverloop
Alle spelers hebben van huis voorwerpen meegebracht die bij elkaar horen. Bijvoorbeeld een tennisracket en een tennisbal, een kopje en een schoteltje, een potloodslijper en een potlood, pen en papier, mes en vork, hark en schoffel, vogelkooi en vogelzaad, Bert- en Ernie-poppen, een fritessnijder en een aardappel, een voetbal en een voetbalschoen, tandenborstel en tandpasta, pet en das in dezelfde kleur, fietsenpomp en een fietsenband, een kamerplant en een gietertje of een kaars en lucifers. Pas op voor breekbare spullen en vraag eventueel vooraf of er bezwaren zijn als die kapot gaan. De spelers vormen twee groepen. De ene groep verstopt de voorwerpen in de blokhut of rondom het gebouw en de andere groep moet zoeken. Na 20 minuten worden de rollen omgedraaid en moeten de zoekers de voorwerpen verstoppen. Welke groep weet binnen de gestelde tijd de meeste combinaties te vinden?
Amerikaans liften

Leeftijdsgroep 10-14 jarigen
| 14-17 jarigen
Aard van het spel matig
Grootte van de groep 1 tot 10
| 10 tot 20
| 20 en meer
Waarden respect
Duur van het spel 10-30 minuten
| 5 minuten
Locatie binnen / zaal
Soort spel kennismakingsspel
| kringspel
Nodig stoelen
Opstelling in een kring
Spelverloop
Iedereen heeft een stoel om op te zitten. De spelleider zit ook in de kring en start het spel door het volgende ritme op te pakken, zodat de andere spelers volgen:
Beweging 1: klap op je benen
Beweging 2: klap in de handen
Beweging 3: steek je linker arm en hand met duim omhoog langs je hoofd en zeg je eigen naam
Beweging 4: steek je rechter arm en hand met duim omhoog langs je hoofd en zeg de naam van iemand anders.
Begin eerst met de bewegingen te oefenen alvorens een naam te noemen.
Als de spelers het ritme te pakken hebben, kun je het echte spel beginnen en noem je namen.
Verspreekt diegene die de 'beurt krijgt' zich, noemt verkeerde namen of hapert deze speler, dan is deze speler af. De rest van de spelers gaan door totdat er één iemand overblijft.
Tip: Als kennismakingsspel kun je van te voren een namenrondje maken of geeft je iedereen een plakker met zijn naam die zichtbaar gedragen moet worden.
Variant Als de namen gekend zijn, kunnen de spelers ook andere namen krijgen (bijvoorbeeld een dier, fruitsoort of een naam uit ieder willekeurig ander thema).
Zo dans je de rumba

Leeftijdsgroep 10-14 jarigen
Aard van het spel actief
| grappig
Grootte van de groep 1 tot 10
| 10 tot 20
Duur van het spel 10-30 minuten
Locatie binnen / zaal
| grasveld / sportveld
Soort spel kringspel
Nodig latin muziek
Opstelling
in een kring
Spelverloop
De spelers staan in een kring en de muziek start. De eerste danser zegt: ‘Zo dans je de rumba’, waarna hij een beweging of danspasje maakt. Alle andere spelers doen deze bewegingen of de danspasjes na en zeggen: ‘We dansen de rumba, de rumba.’ De tweede speler zegt: ‘Nee, zo dans je de rumba’, waarna hij een nieuw danspasje uitvoert. De groep voert de twee danspassen na elkaar uit en zegt: ‘Wij dansen de rumba, de rumba’. Ook de derde spelers voegt een danspas aan de eerste twee toe en de overige spelers herhalen die weer. Zo gaan de danspasjes de hele kring rond en iedereen voegt een pasje aan de vorige toe, waarna de andere spelers die herhalen. Het wordt steeds moeilijker om al die danspasjes in de juiste volgorde uit te voeren. Tot slot voert iedereen vol overgave op eigen houtje deze bekende Zuid-Amerikaanse rumbadans uit.